margovc.reismee.nl

Laatste weekjes coschap

De laatste weken van ons coschap zijn inmiddels aangebroken. Vorig weekend zijn we verhuisd van Ortum weer terug naar Makutano. We hadden geregeld dat de taxichauffeur die ons heen had gebracht, ons ook weer terug zou brengen. Uiteraard was die 1,5 uur te laat, en toen hij er eenmaal was, kwam de vraag of wij Dinah hadden gesproken. Dat hadden wij niet, maar hij wel, en we zouden onderweg stoppen bij haar school om haar gedag te zeggen. Veel keuze hadden we niet, dus na 20 minuten rijden waren we gearriveerd bij de school waar zij werkt. Dinah stond al in de deuropening, en we kregen uitleg over de school en een rondleiding over het terrein. De school is een door een Amerikaanse vrouw gesponsorde middelbare school waar alleen meisjes zitten. De kinderen komen met name uit de buurt, en een deel is gekomen via het ‘rescue home‘. Daar worden meisjes opgevangen die tegen hun wil uitgehuwelijkt zijn (sommigen hebben zelfs kinderen die bij de familie gebleven zijn), en slachtoffers van besnijdenis. Gelukkig hebben ze ook een deel van de meiden op kunnen vangen vóórdat ze besneden zijn. Na de rondleiding dachten Els en ik weer verder te kunnen reizen, maar Dinah had iets anders in petto: of we de eindexamenklas toe wilden spreken. Met grote ogen vroegen we wat we dan moesten zeggen, en zij vond dat wij als jonge bijna-dokters een voorbeeld zijn voor die meisjes, en of we ze wilden vertellen over onszelf. Omdat we wederom geen keuze hadden aangezien ze al had verteld dat wij kwamen, en we dachten dat over onszelf vertellen nog wel moest lukken, werd de klas binnengeroepen. Na een kort inleidend praatje door Dinah, waarin verteld werd wie wij waren, was het woord aan ons. Uiteraard was ik mijn shiny inspirating self, en heb ik maar verteld over onze opleiding, en over hoe belangrijk het is om naar school te gaan. Nadat Els hetzelfde had gedaan, hebben we de klas nog vragen laten stellen, en na een periode van stilte kwamen er vooral vragen over Nederland. Door Dinah werd vooral benadrukt dat we niet getrouwd zijn, en geen kinderen hebben, en dat die meiden daar dan ook maar voorbeeld aan moeten nemen. Tenslotte werd verteld dat we in een van de komende weekenden nog een keer een hele dag langskomen (HUH?) en dat ze dan alles kunnen vragen, en dat we misschien samen ook nog wel wat scheikundeopgaven kunnen doen (dubbel-HUH?). Dus: voor het goede doel gaan Elsie en ik volgende week nog eens inspireren, maar over dat scheikundegedeelte moeten we het toch nog eens even hebben.
Uiteindelijk waren we toch nog op tijd in Makutano, en de volgende dag zijn we vol frisse moed weer begonnen in Kapenguria District Hospital. Hoewel de verpleegkundigen nog steeds staken, wemelt het dagelijks van de patiënten op de poliklinieken. Daardoor hebben we afgelopen week onder andere mee kunnen lopen met de clinical officer (een soort physician-assistant), de poli kindergeneeskunde, en met de psychiater. Met de psychiater hebben we afgesproken dat we aankomende week mee met hem op huisbezoek gaan, om te kijken hoe psychiatrische patiënten zich handhaven in hun thuissituatie, en we gaan ook een dagje meelopen met het bureau dat mensen met HIV begeleidt (CCC).
Ook hebben we deze week tijd doorgebracht op de vrouwenafdeling, maar daar zijn we liever niet, omdat daar alleen maar coassistenten rondlopen en de supervisie wel aanwezig is maar nooit geraadpleegd wordt. Het is daar vooral erg frustrerend dat simpele dingen als bloeddruk- of temperatuurcontrole niet mogelijk blijken te zijn, en dat als je een plan maakt, niemand zich daaraan houdt. Daarnaast is de door het afdelingspersoneel gehanteerde ‘iedereen heeft malaria, buiktyfus of brucellosis\'-filosofie voor een deel wel effectief, maar worden daardoor een hoop symptomen en ziekten over het hoofd gezien. Ook met andere klachten kijken ze graag met oogkleppen op. Zo sloten wij woensdag aan bij de visite met de supervisor, en bleek er een vrouw een dag eerder opgenomen te zijn met het label ‘nierbekkenontsteking\', waarvoor zonder echt onderzoek ook daarvoor behandeling gestart waren. Reden tot starten van medicatie was ‘bloed in de urine\'. Bij fatsoenlijke navraag bleek die vrouw (in de overgang) al maanden lang hevige onderbuikspijn te hebben met vaginaal bloedverlies en nadat in een naburig dorp een echo gemaakt was, bleek ze vergevorderde baarmoederhalskanker te hebben. Ik vond het zo schandalig, dat ik de rest van de dag heel chagrijnig ben geweest. Helaas heb ik zo nog wel een paar voorbeelden. Ik denk dat ik dat nog wel het moeilijkste vind hier: dat mensen niet kritisch nadenken en over het algemeen niet gemotiveerd zijn om dat te verbeteren. Gelukkig zijn er ook wél kundige mensen, maar dat zijn niet degenen die continu bij de patiënten op de afdeling zijn. De artsen die goed zijn lossen vooral de ingewikkeldste problemen op, en doen de chirurgie, en voor de verpleegkundigen geldt vooral de goede op de polikliniek werken.
De laatste twee weken in het ziekenhuis gaan we dus vooral doorbrengen op de poliklinieken, en we hopen ook nog een keer een uitstapje te kunnen maken met John Ngimor van de Harambee Netherlands Foundation of Health. Ondertussen hebben we alle boekingen voor de laatste twee weken van ons verblijf in Kenia ook gedaan: we gaan 4 dagen op safari, en een week naar een tropisch strand, whoeiii!!!! Zaterdag 9 februari vliegen we van Eldoret naar Nairobi, en van daaruit starten we met reizen. Ik heb er ontzettend veel zin in, en ik ben van plan om nog van iedere seconde te genieten. Uiteraard hou ik jullie op de hoogte, en kunnen jullie tegen die tijd weer een hoop foto\'s verwachten. Geniet van de ijspret daar zo lang het nog kan, dan geniet ik wel van het zonnetje!

Liefs,

Margo

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!